|
De indrukwekkende gotische Dom van Keulen (1248-1880), symbolische grafkamer voor de Drie Koningen Tijdens de Middeleeuwen was Keulen, naast Rome, Jeruzalem en Compostela een van de meest geliefde bedevaartsoorden in het christelijke Westen. In Keulen - het "Rome van het Noorden" genoemd - werden in de majestueuze gotische kathedraal, aan de oever van de Rijn, vanaf 1164 de vermeende stoffelijke resten bewaard van de Drie Koningen, de Wijzen uit het Oosten, die Jezus na Zijn geboorte in Bethlehem bezochten en geschenken overhandigden. twee middeleeuwse bedevaarders op weg naar Keulen Ook talloze bedevaarders van bij ons trokken naar Keulen, waar ze in de Dom het prachtige reliekschrijn van de Drie Koningen vereerden. Daar komt nog bij dat Keulen een van de top-bestemmingen was voor strafbedevaarders, die door een kerkelijke of wereldlijke rechtbank in tal van Vlaamse steden waren veroordeeld wegens het plegen van een of ander misdrijf. Deze strafbedevaarders ontvingen in Keulen, uit de handen van een kanunnik een oorkonde met zegel als bewijsstuk voor het afleggen van de opgelegde tocht. de Drie Koningen. Houten paneel op de romaanse deur (jaar 1065) van de kerk van St. Maria im Kapitol in Keulen Een der hoogtepunten van de bedevaarten was 23 juli, de dag waarop de aankomst van de relieken in Keulen in 1164 elk jaar luistterijk werd herdacht. Maar ook de feesten van Kerstmis (25 januari) en van Epihanie (6 januari) brachten veel pelgrims op de been. Om de 7 jaar werd het stoffelijk overschot van de Drie Koningen gedurende een bepaalde periode openlijk tentoongesteld, zoals dat ook in andere grote bedevaartsoorden het geval wwas. Dat bracht grote stromen bedevaarders uit binnen) en buitenland op de been. Paus Innocentius IV (1243-1254) verleende hen bij die gelegenheid tal van aflaten, zoals dat ook voor andere christelijke heiligdommen het geval was. Het Ipperwald-gasthuis voor pelgrims, zoals het er uitzag in 1844. Tekening van Wilhem Wlutz. De massa bedevaarders vond overal in de stad een onderkomen in herbergen, hotels en (gratis) gasthuizen. Een der bekendste pelgrims-hospitalen was dat van Ipperwald, opgericht in het begin van de 14de eeuw, dat pas halfweg de 18de eeuw zijn deuren sloot. Wegens hun reis vanuit het Oosten naar het pasgeboren Jezuskind in Bethlehem lag het redelijk voor de hand dat de Drie Wijzen in Keulen de patroonheiligen werden van alle reizigers (inclusief pelgrims!). Dat is de reden waarom vroeger vele herbergen en hotels langs de bedevaartsroutes een naam droegen, die naar hen verwees: "De Ster", "De Kroon", "De Drie Kronen", "In de Driekoningen", "De Moor", enz. De aanbidding der Koningen. Ets van Albrecht Dürer (1471 – 1528) Ze werden speciaal aanroepen voor een behouden "laatste reis" in het leven, om dus niet plots en onvoorbereid te sterven. De Drie Koningen kwamen zo tegemoet aan een van de grote angsten van de middeleeuwer: bij een schielijke dood verstoken blijven van de laatste sacramenten, wat je minstens in het vagevuur deed belanden! De Driekoningen (die spontaan in gebed voor het Jezuskind neervielen) werden speciaal vereerd voor genezing van epilepsie, "de vallende ziekte", maar ook ter bescherming tegen vijanden en gewapende overvallen onderweg, diefstal, ziekte van het vee, onweer en... huisbrand. De aanbidding der Koningen. Meester Francke. 1424. Hamburg, Kunsthalle. Tenslotte hadden de Drie Koningen hadden een biezonder gunstige invloed op de (culturele, politieke en economische) ontwikkeling van Keulen in de Middeleeuwen. Niet zonder reden waren ze de patroonheiligen van de stad en prijken hun 3 kronen in het stadswapen. de H. Ursulade deels romaanse H. Ursulakerk in Keulen, trekpleister voor vele middeleeuwse pelgrims Veel pelgrims lieten niet na om in Keulen de H. Ursula, ook patrones van de stad, te vereren. Volgens de middeleeuwse "Legenda Aurea" was Ursula de dochter van een christelijke Engelse koning. Toen ze werd uitgehuwelijkt aan een heidense prins weigerde ze met hem te trouwen en sloeg ze met haar lotgenoten - volgens de legende gaat het om elfduizend maagden - op de vlucht. Ze voer de Noordzee over en zeilde de Rijn op naar Bazel en reisde verder naar Rome. De H. Ursula spreidt haar mantel over een aantal maagden. Houten beeld (1525). Amsterdam, Rijksmuseum. Op de terugreis viel de groep maagden in Keulen in handen van de Hunnen. Omdat Ursula ook niet met hun leider wilde trouwen, werd ze samen met haar gevolg doorboord met pijlen. Sint-Ursula was niet enkel patroonheilige van Keulen maar ook van de schoolkinderen en van de leraressen in het algemeen. Ze werd aanroepen in oorlogstijd, voor een goed huwelijk en tegen kinderziekten. Sinds 1969 is Ursula echter officieel van de katholieke heiligenkalender geschrapt. In het stadswapen van Keulen staan tot vandaag de dag - onder de kronen van de 3 Wijzen - elf tongen afgebeeld, als symbool voor de elf(duizend) maagden, die samen met de H. Ursula de marteldood stierven.
|