De Zusters van O.L.V.-ten-Bunderen (vanaf omstreeks het jaar 1269)
Moorslede 1269-1578
Frankrijk 1578-1587
Ieper 1587-1785
Moorslede 1785-2004
Zonnebeke 2004 -
varia

 

   Zoek op deze site met FreeFind

 

beluister ClassicNL tijdens het surfen, 128 K stereo

De Gasthuis-hoeve

de Gasthuishoeve nu
De Gasthuishoeve nu, op de plaats waar ooit het "Gasthuis ten Bunderen" stond.

Heden ten dage is van het oorspronkelijke laatmiddeleeuws "Gasthuis ten Bunderen", het klooster, de kapel en de bijhorende hoeve bovengronds niets bewaard gebleven. Op die plaats, op de hoek van de Oude Heirwegstraat en de Ten Bunderenstraat, staat nu een moderne boerderij. In de weide ernaast zijn nog wél vaag de contouren te zien van de grondvesten van één der vroegere Gasthuis-gebouwen. En tijdens graafwerken aan het eind van de jaren 1990 zijn een aantal aloude pelgrim-insignes bovengehaald.

1566 - Tijdens de Beeldenstorm zijn het klooster en de kapel "g'heel gedestrueert ende verbrant door de vreetheyt der hugenotten", zo lezen we in de kloosterkronieken. Wanneer de gevluchte zusters na 2 jaar terugkeren laten ze het geplunderde en door brand geteisterde woonhuis en de kapel niet heropbouwen. Ze vestigen zich, zo goed en zo kwaad als het gaat, in het gastenkwartier. De eigenlijke ontvangstkamer wordt hun "naaikamer" en de slaapplaats van de pelgrims is voortaan "de nonnenkamer".

ook het gasthuis in Moorslede is het voorwerp van de vernielingen door de beeldenstormers
Ook het Gasthuis ontkomt niet aan de vernielingen door de beeldenstormers.

1578 - Niet voor lang, want tijdens de godsdienstoorlogen, gaat datgene wat nog overblijft van het Gasthuis-complex helemaal in de vlammen op. De zusters vluchten weg voor het strijdgewoel naar Rijsel en St.-Omaars, en komen er nooit meer terug.

1581 - In de omgeving van het verwoeste Gasthuis dwalen vandalen, dieven en roofdieren rond. De ruïnes worden trouwens door de omwonenden "'t Wolvennest" genoemd, omdat er een nest met twee wolvenjongen is aangetroffen in de halfverrotte bedden van het vroegere pelgrimsverblijf.

1587 - De zusters komen uit vrijwillige ballingschap terug en betrekken een huis in Ieper. De Spaanse landvoogd, Alexander Farnese, verklaart in een "authorisatie" dat de Bundernonnen in Ieper de eigenaars blijven van al hun onroerende eigendommen in en rondom het Gasthuis in Moorslede, die ze bij hun vlucht in 1578 in de steek moesten laten.

de rode stip duidt ''t Gasthuys ten Bundere' aan op deze kaart van Nicolaes Visscher (1708)
De rode stip duidt "'t Gasthuys ten Bundere" aan. (Nicolaes Visscher. Flandriae Comitatus, 1708)

Pas tientallen jaren na de verwoestingen van 1578 wordt de hoeve van het Gasthuis heropgebouwd en door de zusters in Ieper verpacht, en krijgt de naam Gasthuishoeve", of ook nog "de grote hoeve" of "hoeve op de Tuimelaere". Het domein blijft herkenbaar aan de waterrijke wallen ("moten") errond. Hoewel het oude kloostergebouw voorgoed is verdwenen en de zusters definitief zijn vertrokken, blijft de nieuwe boerderij op oude landkaarten tot ver in de 18de eeuw steevast aangeduid als "Gasthuis ten Bunderen", of een variant daarvan!

1672 - In een officiële declaratie van goederen (de eerste en oudst bekende inventaris) voor de Raad van Vlaanderen maken de zusters in Ieper melding van hun Gasthuis-hoeve in Moorslede, die met de bijhorende landbouwgronden, weiden, vijvers en bossen ruim 8 hectaren beslaat.

1781 - Volgens de kloosterkronieken ("Jaer-boek", 1781) wordt de hoeve vanaf 1708 verpacht aan Joos Verraes & Anna Maria Flamez, vanaf 1744 aan hun zoon Joseph Verraes, vanaf 1781 aan Gervatus F. S. Vanneste & Maria Verraes. Deze laatsten betaalden aan priorin Agnes de Wilde in Ieper een jaarlijkse pacht van 360 gulden (=goudfranks) en een actieve rente van 42 gulden.

plan van de Gasthuis-hoeve omstreeks 1783
Plan van de Gasthuis-hoeve omstreeks 1783 (schets door Zr Marie-Paul Barbaix).

1783 - Onder het bewind van de Oostenrijkse keizer Jozef II wordt het klooster Ten Bunderen-Coninckxdaele in Ieper afgeschaft en alle roerende en onroerende goederen van de zusters - inclusief de Gasthuis-hoeve - gaan naar de Staat. De jaarlijkse opbrengst van de bossen, hofsteden en landbouwgronden in o.m. Moorslede, Rumbeke (Beitem), Ledegem en Dadizele - voor in totaal 3.916 florijnen! - komt voortaan terecht in de Religiekas in Brussel. In datzelfde jaar beslaat de "Gasthuishoeve" met de bijhorende landbouwgronden, weiden, vijvers en bossen 80 gemeten (haast 27 hectaren). In 1786 volgt Jan Vanneste (gehuwd met Barbara Theseria Sabbe) zijn vader Gervatus Vanneste op als pachter van de Gasthuishoeve.

de aanhef van de verkoopsakte van de Gasthuis-hoeve (1800)
De aanhef van de verkoopsakte van de Gasthuis-hoeve uit 1800. (Bron: Brugge, Rijksarchief)

de handtekening van koper P. Coppée onderaan de verkoopsakte (1800)
De handtekening van koper P. Coppée, onderaan de verkoopsakte (1800).

1800 - Tijdens het Frans bewind wordt de "Gasthuis-hoeve", als "Nationaal Goed" in beslag genomen en op 25 december (Kerstdag!) 1800 openbaar verkocht in Brugge als "zwart goed" aan ene Paole Coppée uit Brugge, voor 25.900 (goud)francs.

1809 - Paole Coppée verkoopt de hoeve aan Philippe Van Iseghem uit Oostende, voor 18.000 gulden.

fotografische opname van de Gasthuishoeve uit 1842
Een uniek document: een fotografische opname van de Gasthuishoeve uit 1842 !!
(volgens het procédé-Daguerre op verzilverde koperplaat)

1865 - De hoeve en bijhorende gronden komen, door erfenis, in handen van

  1. Adolphe Muscar in Antwerpen (die de ene helft verwerft),
  2. en diens zus Florentine Muscar uit Brugge (die de andere helft krijgt). De dochter van Florentine is getrouwd met Henri Baratte, kasteelheer in Templeuve. Uit dat huwelijk komen 7 kinderen voort.

1879 - Het deel van weduwe Florentine Muscar gaat naar haar 7 kleinkinderen in Templeuve. Twee jaar later verkoopt Adolphe Muscar zijn deel aan diezelfde 7 kleinkinderen van zijn zus Florentine.

1887 - Paul-Ives Baratte, een van de 7 kleinkinderen, erft de hele eigendom. Hij is advokaat in Parijs en van 1896 tot 1919 burgemeester van Templeuve.

Halfweg de 19de eeuw was nog de wal die ooit rond het vernielde klooster stond
Halfweg de 19de eeuw bestond nog de wal die ooit rond het vernielde klooster stond
(de nrs 532-535 op de kadasterkaart van P.-C. Popp, 1856-60)

1905 - Paul-Ives Baratte verkoopt op zijn beurt de Gasthuishoeve en bijhorende gronden aan Joseph Waffelaert-Desmet, een boer uit Oekene. Deze doet op zijn beurt tal van percelen grond van de hand.

Gedurende de 19de eeuw en het begin van de 20ste eeuw wordt de Gasthuishoeve verpacht aan achtereenvolgens

  • Petrus-Joannes Vande Kandelaere (o.m. in de periode 1830-1835)
  • dochter Barbara Van de Kandelaere en haar man Henri Masquelier
  • zoon Constant Masquelier en zijn vrouw Barbara Kindt
  • zoon en vrijgezel Achille-Benoît Masquelier (1905-1906).
  • Het echtpaar Charles-Louis Van Rolleghem-Godderis (vanaf 1906). In 1913 verhuist het hele gezin naar Oekene.

groot schilderij van het middeleeuws 'Gasthuis Ten Bunderen', aangebracht op een muur van de grote voorkamer in het begin van de 20ste eeuw
Grote wandschildering van het middeleeuws "Gasthuis ten Bunderen",
op een muur van de voorkamer, daterend uit het begin van de 20ste eeuw.

1913 - Jules Persoon & Elie Descamp, landbouwers uit Moorslede, kopen de Gasthuishoeve en gaan erin wonen.

1914-1918 - Marie-Louise Persoon, de zus van Jules Persoon, wiens huis wordt vernield dor het oorlogsgeweld, komt met haar 3 kinderen en haar schoonbroer Victor meewonen in de Gasthuishoeve. Aan het einde van de oorlog is het woonhuis (met de naaikamer" en de "nonnekamer") volledig in puin gelegd en hebben de stallen zware schade opgelopen. Het dakloze echtpaar Kamiel Sissauw & Emma Descamp (= schoonzus van Jules Persoon) met 5 kinderen mag de stallingen inrichten als tijdelijk huurhuis, tot in 1922.

luchtfoto van de Gasthuishoeve zoals ze eruit zag van 1922 tot 1996
Luchtfoto van de Gasthuishoeve zoals ze eruit zag van 1922 tot 1996. In de boomgaard bovenaan
stond ooit het klooster en ernaast zijn te contouren van een fundering te zien in de wei.

1922 - De Gasthuishoeve wordt volledig heropgebouwd en het gezin van Jules Persoon gaat er opnieuw in wonen - samen met zijn broer Camiel-Cyriel Persoon & Maria Soete en hun 3 kinderen - tot in 1948. In de jaren dertig verkoopt Jules Persoon veel gronden langs de Knaagreepstraat aan de landbouwer Kamiel Dejonckheere, die zijn boerderij "Ten Bunderen-daele" noemt.

de gasthuis-hoeve in het midden van de vorige eeuw (vooraanzicht)

de gasthuis-hoeve in het midden van de vorige eeuw (vooraanzichten)
De gasthuis-hoeve in het midden van de vorige eeuw (vooraanzichten).

1946 - Jules Persoon en Elie Descamp verkopen de hofstede aan het echtpaar Alidor D'Hooghe & Madeleine Dejonghe, maar ze kunnen er nog blijven in wonen als pachter.

1948 - Madeleine Dejonghe vestigt zich in de Gasthuishoeve en haar man Alidor D'Hooghe blijft achter op de Koekuitwijk.

muurschildering uit 1952
Muurschilderij (1952) van Marcel Verstraete in de Gasthuis-hoeve.

1953 - Boer Alidoor D'Hooghe sterft. Een van de zonen, Frans D'Hooghe, getrouwd met Flora Wittouck, baat de boerderij verder uit.

1987 - De eigerares Maria Magdalena Dejonghe, weduwe van Alidor D'Hooghe, overlijdt. De boerderij wordt familie-eigendom.

1992 - Zoon Frans D'Hooghe koopt de hoeve, die hij overigens al uitbaatte sinds de dood van zijn vader in 1953.

pentekening van de Gasthuis-hoeve uit de tweede helft van de vorige eeuw
pentekening van de Gasthuis-hoeve (2de helft van de vorige eeuw)
op de plaats waar ooit, 3 eeuwen lang, het "Gasthuis ten Bunderen" stond.

1995 - Na het overlijden van Frans D'Hooghe, nemen zijn oudste zoon Carlos D'Hooghe en diens vrouw Marleen Nuytten de Gasthuishoeve over, waarvan ze, tot op vandaag, de eigenaars zijn. Enkele jaren geleden is het hoofdgebouw - inclusief de muurschilderij van 1952 - gesloopt en vervangen door een modern woonhuis. De totale oppervlakte van de boerderij en de landerijen bedraagt in het jaar 2007 circa 25 ha.

boer Carlos D'Hooghe, eigenaar van de Gasthuishoeve, wijst de plaats aan waar de fundering ligt van het Middeleeuwse Gasthuis Ten Bunderen
Boer Carlos D'Hooghe, de huidige eigenaar van de Gasthuishoeve, wijst de plaats aan
waar de fundering ligt van het Middeleeuwse "Gasthuis ten Bunderen".

In de weide, links van het woonhuis, aan de kant van de ten Bunderenstraat, waren tot vóór enkele jaren nog duidelijk de contouren waarneembaar van de grondvesten en de gedempte wallen rond een van de originele gebouwen (de kapel, het gasthuis, het klooster, de kapelanie, een stal of de hoeve?) van het oude "Gasthuis ten Bunderen". Archeologisch onderzoek zou allicht enige opheldering kunnen brengen over de structuur en de bouw van het oorspronkelijke Gasthuis.



Aan het einde van de jaren 1990 zijn op de plek waar vroeger allicht het opvanghuis voor bedevaarders stond, in de weide naast huidige Bunderhoeve, op ongeveer een halve meter diepte een aantal middeleeuwse pelgrim-insignes gedetecteerd en opgedolven met behulp van een metaaldetector. De oudst bekende materiële overblijfselen van het Gasthuis...

impressie van het oude Ten Bunderen (schilderij van Ludo Hameeuw)
Impressie van het oude Ten Bunderen (schilderij van Ludo Hameeuw).

© Willem Wylin - Copyright 2007- . Alle rechten voorbehouden. Contact: Zuster.rolande@outlook.com