|
Het onderwijs neemt in de jaren tussen de Twee Wereldoorlogen een hoge vlucht. Er is vooreerst de secundaire school voor de meisjes van het - voortaan Nederlandstalig - pensionaat die, naast de lagere cyclus van het algemeen middelbaar, voortaan ook een middelbare landbouwhuishoudafdeling (met twee leerjaren vanaf 1926 en vanaf 1940 drie) omvat. Dan is er de externe kleuter- en basisschool, gelegen aan de Stationsstraat, die stelselmatig uitbreiding neemt. de stand van Ten Bunderen op de missie-tentoonstelling in Roeselare 1926 - Als eerste congregatie in het bisdom Brugge stuurt "Ten Bunderen" een eerste groep van 5 zusters-missionarissen naar Basankusu, in het Congolese Evenaarsgebied. Dat gebeurt op verzoek van de de Britse Missie-Congregatie Mill Hill, die al een paar decennia in de streek werkzaam is. Zoals in de 2de helft van de 19de eeuw richt de Congregatie hier en daar nieuwe bijhuizen op. In Geluwe smelt een communauteit van 19 zusters samen met Moorslede (6 augustus 1927). Het klooster daar beschikt over een centrumschool en 2 bloeiende wijkscholen "Ter Hand" en "Artois". Het daaropvolgende jaar fusioneren de 12 Zusters Paulinen in de Boeschepestraat in Poperinge - die een wijdvermaarde kantwerkschool leiden - met "Ten Bunderen" (30 augustus 1928). kard. Jozef Van Roey (r.), bisschop Henricus Waffelaert (midden) van Brugge en dir. J. Verhelst (l.), in gebed verzonken in de kapel, n.a.v. de Lievensfeesten (1929) 1929 - Van 11 tot 18 augustus zijn er in Moorslede Lievensfeesten, met een luisterrijke stoet en een missie-tentoonstelling in de lokalen van de dagscholen. Het klooster krijgt bij die gelegenheid hoog bezoek van kardinaal J. Van Roey en bisschop H. Waffelaert van Brugge. een van de vele openluchttonelen en -spreekkoren, waarmee de leerlingen van ten Bunderen in de wijde omgeving in Vlaanderen faam genoten, tot zelfs in het het buitenland 1930 - Op zondag 21 december organiseert het klooster in Moorslede een "Augustinusdag", om het feit te herdenken dat de H. Augustinus een anderhalf millennium (1500 jaar) geleden overleed. De congregatie leefde ruim 3 eeuwen lang, van 1473 tot 1785, volgens de kloosteregel van deze kerkvader. Tijdens een feestelijke academische zitting wordt in een voordracht herinnerd aan de "koerswijziging" in 1846, toen de Zusters een diocesane Congregatie werden: "Jammer dat zo de alouden stempel van St.-Augustinus van de communauteit was weggenomen... en dus ook de naam Augustinessen te loor is gegaan" en verder wordt de wens uitgesproken dat "het uur wordt bespoedigd, waarop de Zusters van O.L.-Vrouw-ten-Bunderen, volgens hun verlangen, weerom Augustinus' Zusters worden geheten" ("Sterre uit ten Bunderen", sept-dec 1930, nr 10, bijlage, blz 9 en 11). de VKSJ-vlag, met op de 4 uithoeken het wapenschild van paus Pius XI, Mgr Lamiroy, de VKSJ en Ten Bunderen In datzelfde jaar, op 29 september, start het pensionaat, als eerste middelbare school in het bisdom Brugge met een afdeling van de VKSJ, die jarenlang héél actief zal zijn en een brede waaier van religieuze, culturele en sociale activiteiten zal ontwikkelen. 1932 - Op 28 juni is er de plechtige viering van het zilveren (25 jarig) ambtsjubileum van directeur Jules Verhelst. De jubilaris draagt een dankmis op, met in het koor de assistentie van Mgr Lamiroy van Brugge, kanunnik Lescouhier en deken De Saegher van Roeselare. Als souvenir schenkt Verhelst het klooster de rijkversierde kelk, die hem bij deze gelegenheid door zijn familie is aangeboden. Ook het nieuwe orgel in de kloosterkapel, dat op het feest voor het eerst wordt bespeeld, is een gift van hem. het volledig aangeklede interieur van de kloosterkapel 1933-1937 - Vijf jaar lang wordt er vrijwel doorlopend gewerkt aan de verrijking van het interieur van de kloosterkapel. De eigenlijke bouwheer, directeur Verhelst, laat zich hierbij inspireren door zijn vriend en historicus-kunstkenner Michiel English, archivaris van het bisdom. De muren worden rondom bekleed met vaalroze en ivoorkleurige verglaasde zandsteentegels. Pronkstukken zijn: het marmeren tabernakel met zilveren deurtjes, aangebracht in een muur links van het koor (1934); het wit-marmeren altaar met verguld bronzen antependium dat de boom van Jesse voorstelt; de brandglazen in het koor met de heligen van de congregatie: OLV in het midden omringd door St.-Jozef, de H.-Augustinus en de H.-Agatha, (1935); de sobere kruisweg tegen de achtermuur onder het doksaal (1934); de 2 maal 6 dubbelramen aan beide kanten van het schip, die 24 symbolen van Maria voorstellen, met bovenaan de 12 dubbelramen een radvenster, waarin het wapenschild en de naam staat van de gemeenten, waar het klooster ooit een filiaal had (in chronologische volgorde, vanaf Slyps in 1856 tot Geluwe in 1927). noordelijk kloosterpand in Moorslede 1935 - Henriette van Hoobrouck de Mooreghem, weduwe van de historicus Jean van Ruymbeke, Heer van Oostveld-Oedelem, schenkt een middeleeuws handschrift met de Nederlandse vertaling van de kloosterregel van de H. Augustinus en de bijhorende statuten, opgelegd door de Doornikse bisschop Fillastre in 1473 aan de zusters van het "Gasthuis ten Bunderen". Het is niet bekend hoe dit perkamenten dokument in het bezit kwam van deze adellijke familie. Op een andere pagina van deze site kan je dit handschrift doorbladeren! O.L.V.-ten-Bunderen beeld boven de kloosteringang, met daaronder de zespuntige gouden ster ("Sterre der Zee") blauw veld als embleem én de kenspreuk "Iter para tutum" ("Maak onze reisweg veilig") 1940-45 - Door de inval van de Duitsers bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog (10 mei 1940) worden, op bevel van de overheid, alle scholen gesloten en de gebouwen ten dienste van het leger gesteld. Op 12 mei vestigt het Belgish leger een veldhospitaal, dat al na 7 dagen verhuist naar Frankrijk. Intussen worden klooster- en schoolgebouwen dag en nacht overspoeld door honderden vluchtelingen, onderweg naar Frankrijk. De zusters brengen de nachten door in de kelder. Op 22 mei vestigen zo'n 200 Britse soldaten en hun legerstaf zich in de lokalen van het pensionaat en vertrekken al na 2 dagen. Op 27 mei arriveren de eerste Duitse soldaten. Na hevige gevechten met het Belgische troepen, worden vele Duitse gekwetsten het klooster binnengebracht. De volgende dag, op 28 mei, kapituleert het Belgisch leger en het klooster wordt ingericht als hospitaal. De zusters helpen bij de verzorging van de gekwetste Belgische, Britse en Duitse militairen. Op 8 juni vertrekt het lazaret naar het front in Frankrijk. Twee dagen later gaan de lagere scholen weer open en op 17 juni ook het meisjespensionaat. groepsfoto van de zusters in 1949 Eenzelfde scenario - sluiting van de scholen, opvang van gekwetste soldaten - herhaalt zich op het einde van WO II, in de periode tussen de landing van de Gealliëerden in Normandië en de bevrijding van Moorslede (6 juni - 7 september 1944). Vanaf eind augustus komt de aftocht van de Duitse bezettingstroepen op gang. Veel gekwetsten worden het klooster binnengebracht, en de hulp van de zusters wordt ingeroepen. Op 7 september viert Moorslede de aankomst van Poolse en later Engelse bevrijdingstroepen. De zusters blijven hun verzorgingswerk voortzetten voor de Duitse gekwetsen, intussen krijgsgevangen gemaakt, tot deze op 14 september uit het klooster worden weggevoerd. Mgr Lamiroy metselt met een zilveren truweel de relieken in het geconsacreerde altaar (1948) 1948 - Het altaar in de kloosterkapel wordt op 20 october plechtig geconsacreerd door de Brugse bisschop Lamiroy. Hij metselt met een ziveren truweel de relieken in van de H. Agatha en van de Vlaamse H. Godelieve van Gistel. een van volksdansen, uitgevoerd in de feestzaal t.g.v. het 25-jarig jubelfeest (1949) 1949 - Op 18 mei is er het jubelfeest om het feit te herdenken dat een kwarteeuw geleden het klooster werd heropgericht en ingewijd en het pensionaat opnieuw zijn deuren opende, na de verwoestingen van de Grote Oorlog 1914-18. 1951 - Het secundair onderwijs in Moorslede wordt voortaan opengesteld voor zowel internen, half-internen als externen. Rond die tijd ondergaan de 2 afdelingen een naamsverandering: het algemeen lager middelbaar wordt omgedoopt tot "Moderne Humaniora" (lagere cyclus), die 3 leerjaren omvat. De landbouwhuishoudschool wordt een landelijke huishoudschool (3 jaar), waarbij de agrarische vakken wegvallen uit het lessenprogramma. Later, in 1968 zal deze de naam "Sociaal-technische School" meekrijgen. Naar het einde van de jaren 50 komt er een nieuwe richting "Snit en Naad" bij. Bunderhove, ingericht als Lievens-Museum van 1995 tot 2017 1961 - de vroegere boerderij van de huishoudlandbouwschool wordt omgevormd tot "Bunderhove", een tehuis voor de Katholieke Aktie-groeperingen (na- en buitenschools), zoals de KSJ/VKSJ, de Kajotters, de Boeren- en Boerinnenbond, enz. Elke tak beschikt over een eigen lokaal. In 1995 brengt Ludo Hameeuw er zijn Lievens-museum in onder. Sinds 2017 is het museum gevestigd in de linkervleugel van de St.-Martinuskerk van Moorslede.
1969 - Op zaterdag 11 januari wordt in Moorslede met veel pracht en praal het 700-jarige bestaan gevierd van de Congregatie van O.L.-Vrouw-ten-Bunderen. Bisschop De Smedt van Brugge draagt samen met 10 priesters een plechtige geconcelebreerde Mis op. Na een receptie volgt in de feestzaal de opvoering van "Evocaties uit de geschiedenis van Ten Bunderen", waarin de gedenkwaardige episodes van de voorbije 7 eeuwen ten tonele worden gebracht. De teksten zijn van Zr. Marie-Paul Barbaix. Het geheel van spreekkoren, muziek, zang, choreografie, decors, licht- en schaduweffecten en decors staat onder regie van de Moorsledenaar Frans Denturck (laureaat van de stedelijke Academie, afd. Toneel in Ieper), m.m.v. de Moorsleedse toneelgroep "Kunst na Arbeid", van enkele zusters en van een aantal leerlingen en leraressen van het kleuter, lager en secundair onderwijs, in totaal ruim 120 personages!!
Deze evocaties van de hoogtepunten in de geschiedenis van "Ten Bunderen" worden nog driemaal (op 12, 18 en 19 januari) opgevoerd voor de familieleden van de zusters en de leerlingen en voor alle sympatisanten, telkens voor een bomvolle zaal. Naar aanleiding van het memorabele jubileum-feest schrijft Zr. Columba Cloet (zélf één van de personages) het volgend aandoenlijk gedicht:
Op 1 augustus is er een feestelijke bijeenkomst van alle leden van O.L.V.-ten-Bunderen. Van de 138 aanwezige zusters wordt een foto genomen met directeur De Clerck. groepsfoto 1969 met 138 zusters. 4 zieken en 14 missionarissen ontbreken. Ter herinnering aan deze luisterrijke viering wordt in de het koor van de kloosterkapel, helemaal links, een bijkomend 5de gebrandschilderd raam geplaatst, met 6 vierkante vakken, waarvan 4 de apostolaatswerken van de zusters voorstellen (opvang pelgrims, onderwijs, missie, zorg van bejaarden), één het wapenschild van mgr De Smedt en één een lier met de tekst: "1269-1969: Jubilate". Maar het jubelfeest van 1969 luidt tegelijk een periode in van geleidelijke teruggang, die overigens alle religieuze orden (behalve de streng contemplatieve!) en congregaties treft in de post-conciliaire periode.
het orthopedagogisch centrum St.-Idesbald in Roeselare 2004 - Na onderhandelingen wordt het kloosterdomein in Moorslede (met uitzondering van het huis en de bijhorende tuin van de directeur, waarin enkele zusters hun intrek namen en er nog steeds verblijven) overgedragen aan het Orthopedagogisch Centrum Sint-Idesbald van de Broeders van Liefde in Roeselare. Inmiddels is het kloosterpand aan de Stationsstraat 49 omgebouwd tot "Campus Ten Bunderen" (tel. 051-57 52 90), met een dubbele dienstverlening.
de laatste bijeenkomst in de kloosterkapel in Moorslede. Een emotioneel moment... (uit het fotoarchief van Ludo Hameeuw) De zusters verhuizen in datzelfde jaar 2004 naar een nieuw gebouwd klooster annex rust- en verzorgingstehuis (RVT) in Zonnebeke. Vóór hun vertrek spreekt de algemene overste, Zr Rolande Dhondt, tijdens een plechtigheid in de kerk van Moorslede, een ontroerende afscheidswoord uit, waaruit hier enkele passages volgen:
|