|
Congo Vrijstaat wordt Belgisch Kongo (Staatsblad, 18 okt. 1908) 1908 - Met een flinke meerderheid keurt het parlement op 20 augustus de aanhechting van Congo bij België goed. Op 18 oktober wordt officieel de kolonie "Belgisch Kongo" afgekondigd, samen met de uitvaardiging van een politiek, juridisch en administratief statuut, het zogeheten "Belgisch Koloniaal Handvest", dat gekenmerkt wordt door paternalisme en centralisme. Wanneer Leopold II in 1909 sterft worden zijn aanspraken op het kroondomein ongedaan gemaakt. Tot Wereldoorlog I (1914-18) worden alle voorstellen om de kolonie meer zelfstandigheid te geven radikaal afgewezen. De inlandse bevolking blijft bestaan uit tweederangsburgers, met weinig politieke rechten, ondergeschikt aan hun blanke superieuren. Kongolese troepen veroveren Tabora op de Duitsers in Oost-Afrika (1916) de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) - In 1914 openen de Duitsers op beperkte schaal vijandelijkheden: ze schenden de neutraliteit door Kivu en het westen van Tanganika binnen te vallen. Kongolese troepen worden gemobiliseerd en nemen deel aan de verovering van de Duitse kolonies: (het huidige) Kameroen (1915–1916) en Oost-Afrika, dwz Rwanda, Urundi, Tanzania (1916–1917). Krachtens het Verdrag van Versailles krijgt België na WO I het mandaat over twee provincies van het voormalig Duits Oost-Afrika: Rwanda en Oeroendi (dit gebied zal op 1 juli 1962 onafhankelijk worden en gesplitst in de staten Rwanda en Burundi). een van de vele ontginningen van "Union Minière", hier nabij Jadostad na WO I - Belangrijke vernieuwingen worden ingevoerd, die Belgisch Congo tot een van de best uitgeruste Afrikaanse koloniën maken: vormen van indirect bestuur en de uitbouw van het (vooral lager) onderwijs en de gezondheidszorg (dispensaria en hospitalen), grotendeels door mannelijke en vrouwelijke missionarissen. De inheemse bevolking wordt door de overheid tot een progressievere landbouw gebracht, terwijl van Belgische zijde de aanleg van plantages voor de cultuur van rubber, katoen, koffie en palmbomen, alsook de mijnbouw sterke impulsen krijgen. Een aantal spoorwegen, die van vitaal belang zijn voor grondstoffentransport, komt tot stand. De economie (m.n. de mijnbouw in Katanga) wordt gecontroleerd door een kleine groep machtige Belgische ondernemingen, zoals de "Union Miniere du Haut Katanga" (UMHK) en de "Société Forestière et Minière du Congo" (Forminière) met de "Société Générale de Belgique" als invloedrijke financiële holding op de achtergrond. zicht op een katoenplantage de jaren 30 - De economische crisis onderbreekt de economische opgang, maar niet het educatieve, medische en sociale netwerk, o.m. ziekenhuizen en scholen, waarvoor van begin af aan de missie en zending zich hebben ingespannen. Een sterke trek naar de steden, vnl. Leopoldstad (thans Kinshasa) en Elisabethstad (nu Lubumbashi), begint zich af te tekenen, die de patriarchale samenhang van de inheemse gemeenschappen van weleer ondermijnt. Blanke officieren leiden Congolees leger naar overwinning tegen de Italianen in Ethiopië de Tweede Wereldoorlog (1940-1945) - Na de capitulatie van het Belgische leger op 28 mei 1940 blijft Congo, onder verantwoordelijkheid van gouverneur-generaal Ryckmans en de minister van Koloniën De Vleeschauwer, aan de zijde van de geallieerden, aan wie het o.a. door levering van grondstoffen (koper, tin, uranium, kobalt, rubber, palmolie enz) kostbare steun verleent. Eenheden van het koloniale leger worden - met sukses - ingezet tegen de Italianen in Ethiopië in de lente van 1941. Vanuit Leopoldstad zendt België radioprogramma's uit naar bezet gebied: het begin van de Wereldomroep. Na WO II - Door de oorlog is de welvaart in de kolonie aanzienlijk verhoogd, niet alleen onder de blanke bevolking - die door immigratie na 1945 snel toeneemt - maar ook onder de inheemse bevolking. Bij deze laatste neemt het schoolbezoek, voortaan ook voor voortgezet onderwijs, toe. Zo ontstaat een kleine intellectuele en maatschappelijke bovenlaag van inlanders ("évolué's"), die een zeker politiek bewustzijn gaat ontwikkelen en, o.a. onder de indruk van de liberalisering van het Franse koloniale beleid, aanstuurt op staatkundige medezeggenschap en op onafhankelijkheid. gemeenteraadsverkiezingen (1957) als 1ste stap naar politieke inspraak 1957 - Aan die wens wordt enigszins tegemoet gekomen door een bestuurshervorming, die de benoeming van inheemsen in de adviesraden op verschillend niveau mogelijk maakt en verkozen gemeenteraden in de 3 grote steden instelt. Naar aanleiding daarvan tekenen zich politieke partijen af die spoedig volledige onafhankelijkheid eisen, o.m. "Aliance des Bakongo" (Abako), o.l.v. van Joseph Kasavubu en de separatistische Katangese partij Confédération des Associations du Katanga" (Konakat), geleid door Moïse Tshombe en de "Mouvement National Congolais" (MNC), aangevoerd door Patrice Lumumba, die duidelijk een eenheidstaat wil. ravage na de onlusten van januari 1959 1959 - Na zware onlusten in Leopoldstad op 4 en 5 januari (balans: 300 doden) stelt de Belgische regering verkiezingen in het vooruitizcht voor achtereenvolgens gemeente-, gewestelijke, provinciale en nationale raden in de nabije toekomst, en onafhankelijkheid van héél Congo in een later stadium. Maar de situatie verslechtert. premier Gaston Eyskens opent de rondetafelconferentie in Brussel 1960 - Op een rondetafelconferentie (20 januari - 20 februari) in Brussel willigt de Belgische regering vrijwel alle eisen van de Congolese afgevaardigden in en opteert voor een Congolese eenheidstaat (strekking Lumumba), dus tegen de federale strekking van Kasavubu en Tsjombe. Zonder tegenstand legt het kabinet de datum voor de onafhankelijkheid van Belgisch Kongo vast op 30 juni 1960, wat Kamer en Senaat in mei goedkeuren. In mei zijn in Belgisch Congo voor het eerste, bij algemeen stemrecht, nationaal wetgevende en provinciale verkiezingen gehouden, waarbij de nationalistische MNC van Patrice Lumumba als sterkste partij uit de bus komt. Na enig touwtrekken tussen Patrice Lumumba en Joseph Kasavubu wordt laatstgenoemde in juni door het parlement tot president verkozen, terwijl zijn rivaal Lumumba eerste minister wordt en een regering samenstelt, waarin vertegenwoordigers van de meeste partijen zijn opgenomen.
|