|
kaart met het Koninkrijk Kongo ("Kongo Kingdom") in donkergroene kleur Het brede publiek verkeert in de mening dat de evangelisering van de huidige D.R. Congo op gang kwam naar het einde toe van de 19de eeuw, met de Belgische kolonisatie. Maar 500 jaar eerder al had er een "première évangélisation", een éérste missioneringsgolf plaats in wat toen het koninkrijk Kongo heette. Dat machtige en hoogst ontwikkelde Rijk, ontstaan omstreeks 1400, strekte zich op zijn hoogtepunt uit van de Atlantische Oceaan (ten westen) tot de Kwango rivier (ten oosten), en van de Congostroom (ten noorden) tot de Loje rivier (ten zuiden). Zowat 1/3 van het grondgebied omvatte het zuidelijke gedeelte van de huidige D.R. Congo, nl. Beneden-Congo (of Bakongo) en Kwango. Het grootste deel van het Congo-rijk, inclusief de hoofdstad Mbanza (=hof) Kongo, zetel van de koning (= Mwene Kongo), lag in het huidige Angola. gedetailleerde kaart van het koninkrijk Kongo 1482 - De bekende Portugese zeevaarder Diego Cão ontdekt de monding van de Nzandi (later verbasterd tot Zaïre, de huidige Congostroom) en maakt er vluchtig kennis met het koninkrijk Kongo. Drie jaar later, in 1485, keert Cão terug met 4 leden van de Derde Orde van St. Franciscus (Tertiarissen). Hij werpt het anker in Mpinda, aan de oever van de Kongostroom, en stuurt de 4 missionarissen, als gezanten van de Portugese koning João II (1481-1495) naar de hoofdstad Mbanza Kongo, 400 km verder landinwaarts. de residentie van de koning van Kongo in San Salvador (tekening van O, Dapper, 1677) 1487 - Tijdens zijn 3de reis landt Cão met zijn vloot in Mpenda, in de noordelijke provincie Soyo, en onmoet in Mbanza Kongo de Kongolese koning, Nzinga a Nkuwu, die de wens uitspreekt om christen te worden en vraagt om bijkomende Portugese missionarissen te zenden én ook vaklui om kerken te bouwen. De koning stuurt zelfs een persoonlijke gezant en enkele zwarte jongelui mee voor godsdienstonderwijs in Portugal, die in 1489 worden gedoopt aan het koninklijk hof in Lissabon: de éérste christelijke kongolezen!! de Koning van Kongo (ets van Allain Manesson, 1685) 1491 - De gedoopte Kongolezen komen terug, in het gezelschap van een aantal missionarissen: kanunniken van St.-Jan de Evangelist, Franciskanen, Dominikanen, Tertiarissen en seculiere priesters. Ze gaan aan land in Mpenda, in de provincie Soyo. Begin april worden het opperhoofd van de Soyo-provincie en diens zoontje gedoopt en dragen de nieuwe missionarissen er een mis op: de éérste doopsels en misviering in Kongo zélf! Op 3 mei laat de Kongolese koning Nzinga zélf zich dopen, samen met een groot aantal familieleden, hovelingen en edelen. Ook de koningin en haar zoon Mvemba Nzinga, voortaan Affonso geheten, worden een tijdje later afzonderlijk het doopsel toegediend. In de hoofdstad verrijst een eerste stenen kerk, toegewijd aan de "Boodschap aan Maria".
tussen 1492 en 94 - Tijdens een bootreis van de Portugezen naar Lissabon wordt de Kongolese koning afvallig van het christendom en neemt opnieuw zijn toevlucht tot tovenaars, terwijl de koningin en haar zoon Affonso daarentegen trouw blijven aan haar doopsel. De christelijke prins Affonso moet in ballingschap gaan naar zijn noordelijk gelegen provincie Nsundi (die een groot deel van het huidige Neder-Congo omvatte). Geholpen door Portugese missionarissen begint hij er aan de bekering van de verscheidene volksstammen en hoofdmannen. Regelmatig stuurt de nieuwe Portugese koning Manuele missionarissen en ook onderwijzers naar Kongo. Inmiddels maakt de andere zoon van de koning, Mpanzu a Nzinga, zich op voor de bestijging van de koninklijke troon, gesteund door de heidense hoofdmannen. 1506 - Maar op zijn sterfbed duidt de koning zijn zoon Affonso aan als zijn opvolger. In de hoofdstad Mbanza Kongo komt het tot zware gevechten tussen de troepenmacht van Affonso en de krijgers van zijn rivaliserende halfbroer Mpanzu. Deze laatste raakt gewond en wordt ter dood veroordeeld. Affonso I wordt de nieuwe koning en zal regeren tot 1543. puinen van de H. Verlosser-kathedraal van San Salvador (ets, 1886) 1516 - Affonso I roept Kongo officieel uit tot een christelijke koninkrijk. De hoofdstad Mbanza Kongo krijgt een nieuwe naam "São Salvador" (Portugees voor "H.-Verlosser"). Op de plaats waar de "O.L.V.-Boodschap"-kerk stond wordt een grote nieuwe driebeukige kerk "San Salvador"-kerk opgetrokken. Er zijn nog 5 andere kerkgebouwen en een aantal missiescholen, bediend door een 20-tal priesters. Koning Affonso smeekt Portugal om om meer missionarissen te zenden, want er is een nijpend tekort aan christelijke zendelingen in Kongo. Zélf stuurt Affonso I zijn oudste zoon Henrique naar Lissabon om er priesterstudies aan te vatten. San Salvador met het koninkijk paleis van Kongo. Pentekening. Giovanni Cavazzi, 1687 1521 - Koning Affonso's oudste zoon, de 24-jarige, Henrique, wordt door paus Leo X benoemd tot apostolisch vicaris van Kongo en in Lissabon gewijd tot allereerste bisschop van Kongo en zelfs van het héle Afrikaanse continent. Henrique keert terug naar Kongo, vergezeld van 4 missionarissen (kanunniken van St. Jan Evangelist) en zetelt in de hoofdstad San Salvador. In datzelfde jaar 1521 krijgt de kersverse Portugese koning João III van zijn Kongolsese ambtgenoot Affonso I een brief met de vraag om een vloot van meteen 50 missionarissen te sturen. Maar deze smeekbede blijft onbeantwoord. 1526 - Ook en vooral de toenemende slavenhandel zorgt voor een verkoeling van de relaties tussen beide koninkrijken. Héél equatoriaal Afrika, inclusief het koninkrijk Kongo, valt ten prooi aan roofexpedities van slavenhandelaren uit aanvankelijk Portugal, later ook uit andere Europese landen (Holland, Frankrijk en Engeland). In een brief aan de Portugese koning doet Affonso I doet zijn beklag en verzoekt om aan deze praktijk een eind te maken, maar hij krijgt daarop een cynisch antwoord. dwarsdoorsnede van een transatlantisch slavenschip (tekening, 1790) De slavenhandel gaat gewoon door (zelfs tot in 1838!!). In ongeveer een eeuw tijd worden naar schatting een half miljoen Kongolezen als slaaf vanaf de Afrikaanse westkust verscheept naar de andere kant van de Atlantische Oceaan, naar Brazilië en naar de Britse kolonies op de Caraïbische eilanden en in Noord-Amerika. Sterk verzwakt door de ontvolking en door invallen van buurlanden, treedt voor het Kongolse koninkrijk een periode in van verval en wordt de bloei van het christendom er geleidelijk afgeremd. 1531 - Bisschop Henrique sterft en koning Affonso I hoopt dat zijn zoon zal worden vervangen door een andere Kongolees. Helaas blijft zijn wens onvervuld. 3 jaar later vallen alle Portugese gebieden in Afrika onder het metropolitane bisdom Funchal, met 4 suffragaan-bisdommen. Een ervan, dat van San Thome, bestrijkt Guinea, Kongo en de hele Zuid-Westkust tot aan de Kaap de Goede Hoop. Aan het hoofd ervan komt een portugees, de deken van de koninklijke kapel in Lissabon. gezanten van de Portugese koning, ontvangen door de koning van Kongo (17de eeuw) 1543 - Koning Affonso I, "de Apostel van Congo" genoemd, sterft op 80-jarige leeftijd. Zijn zoon en opvolger Diogo I Knumbi legt steviger grondslagen voor de katholieke kerk in het Kongo-rijk. Wegens het steeds nijpende priestertekort stimuleert hij de opleiding van vele leken tot onderwijzers-catechisten ("mestres", letterlijk "meesters" in het Portugees), om zo niet enkel de elite in de hoofdstad maar ook het binnenland, o.m. in het noordelijke Loango, te kerstenen. Deze leken-missionarissen (zeer revolutionair voor die tijd!) krijgen zelfs een salaris van de overheid. In de loop der tijden nemen - weliswaar beperkte - groepen seculiere priesters en leden van verscheidene kloosterorden deel aan het bekeringswerk, o.a. Jezuïeten vanaf 1548 (waaronder 3 Belgen: Godfried Franken, Michel de la Fuente en Nicolas de Fénal) en Karmelieten vanaf 1584. Maar de missionering verloopt niet systematisch, niet grootschalig, met "ups and downs", en bijgevolg oppervlakkig. doopplechtigheid in Kongo (ets van Pieter van der Aa, 17de eeuw) 1597 - De bisschopszetel van Sao Tomé wordt verplaatst naar San Salvador, en later naar Loanda (Angola). Er bestaan parochies in de hoofdstad van alle Kongolese provincies. Het christendom is redelijk breed - maar zeker niet diepgaand! - verspreid. Het aantal priesters neemt wel toe, maar lang niet in voldoende mate. De opeenvolgende koningen doen er ook hun beklag over in Rome dat Portugal de instroom van missionarissen en de wijding van Kongoleze priesters afremt. De vraag klinkt steeds luider om de oprichting van een autonome Kongolese kerk, los van elke Portugese betutteling.
|