|
1865 - Na het mislukken van het evangeliseringswerk door de Kapucijnen richten de Franse Paters van de H. Geest (ook Spiritijnen genoemd) een verzoek aan het Vatikaan om de oude Kongo-missie weer op te nemen. Op 9 september vertrouwt Rome hen de uitgestrekte apostolische prefectuur van Kongo toe. Het daaropvolgend jaar al verkennen de eerste 3 Spiritijnen de Afrikaanse westkust. Hier en daar ontdekken de paters nog overblijfselen van het christendom, dat enkele eeuwen eerder bloeide in Kongo: een aantal vervallen kerken en kapellen en gewijde voorwerpen en devotiebeelden. De Bakongo (bewoners van Beneden-Kongo) houden nog sommige christelijke rituelen in ere, maar ze zijn er de betekenis van vergeten en hebben ze doodleuk geïntegreerd in de voorouderverering en in de magie. De evangelisatie van het uitgestrekte missiegebied in Kongo moet eigenlijk van voren af aan beginnen. de kerk van Loango, gebouwd in 1885 en gesloopt rond 1980 1873 - De paters Spiritijnen stichten een missiepost in Landana (Loango-Rijk), in het huidige Congo-Brazzaville. Van daaruit dringen ze verder door in het Congolese binnenland.
1877 - Ze ondervinden veel concurentie van de protestantse missionarissen, die kunnen rekenen op de steun van de pas ontscheepte Brits-Amerikaanse ontdekkingsreiziger Henry Morton Stanley (in dienst van de Belgische koning Leopold II). Pas vanaf 1880 kunnen ze het gros van hun missionarissen sturen, in het kielzog van de Italiaanse explorator Pierre Savorgnan de Brazza (die werkt in opdracht van Frankrijk). 1880 - De Paters van de H. Geest - wier leuze luidt: "Pour Dieu! Pour la France" - stichten een missiepost in Boma, waar ze de eerste school op Congolese bodem openen. Later, in 1891, zullen ze deze missie, onder zachte dwang van Leopold II, moeten overlaten aan de Belgische missionarissen van Scheut. de met pijltje aangeduide missieposten van St.-Paul de la Kasai (Kwamouth) en Brazzaville. Kaart van pater P. Augouard (1886) 1886 - het gebied Loango (ten noorden van de Congostroom) wordt op 23 mei verheven tot apostolisch vicariaat van Frans-Congo, met aan het hoofd de pater Hippolyte Carrie, de eerte bisschop. Datzelfde jaar richt pater Prosper Augouard de missie op van Kwamouth (door hem omgedoopt tot "St.-Paul de la Kasaï"), aan de samenvloeiing van de Congo- en Kasairivier. Eind 1887 brengt hij de missiepost over naar Brazzaville, vlak tegenover Leopoldstad, aan de overkant van de Congostroom. Mgr Prosper Augouard op de bisschoppelijke draagstoel 1890 - Brazzaville wordt de zetel van het apostolisch vicariaat van Bas-Congo en Oubangui, met Mgr Augouard aan het hoofd. Door de aanhoudende rivaliteit tussen Stanley en de Engelse protestanten enerzijds en Brazza met de katholieke Franse missionarissen anderzijds, verleggen de paters van de H. Geest hun missiegebied meer en meer noordwaarts aan de overzijde van de Congostroom, in de Franse kolonie rondom Brazzaville.
|